Ken je ze nog? Die liedjes en spelletjes van vroeger die je tijdens het buitenspelen of tijdens de pauze op school deed? Ik moet eerlijk bekennen dat ik de meeste alweer vergeten was. Tot een paar maanden geleden. Toen wilde ik deze spelletjes met liedjes van vroeger leren aan de kleuters tijdens het dansaanbod. En hoe leuk is het om ze weer even met jullie te delen, zodat jullie ze ook weer eens met jullie kids kunnen doen? Dus hieronder heb ik voor jullie 6 spelletjes met liedjes van vroeger die je misschien weer vergeten was.
Zakdoekje leggen
Ik denk dat dit spelletje één van de bekendste is die in dit rijtje staat. Wie heeft dit niet gespeeld? Het leukste is om dit spelletje met minimaal 4 kinderen te spelen. Daarnaast heb je een zakdoek (of sjaal of andere stof) nodig.
Je maakt een kringetje. Eén kind heeft de zakdoek en dat kind staat buiten de kring. Vervolgens doen de kinderen die in de kring zitten hun ogen dicht en zingen ze het onderstaande liedje. Tijdens het liedje mag degene met de zakdoek om de kring lopen en de zakdoek achter iemand neerleggen. Na het liedje kijken de kinderen achter zich en degene met de zakdoek moet proberen het kind buiten de kring te tikken. Ondertussen moet dat kind proberen op de plek te gaan zitten van het kind wat nu de zakdoek heeft.
Je zou als moeilijkheid kunnen afspreken dat er niet door de kring heen gerend mag worden. En duurt het te lang voordat de kinderen een kant op rennen, kun je als spelleider ook aftellen van 3 naar 0 dat ze dan een kant moeten kiezen.
Het liedje
Zakdoekje leggen,
Niemand zeggen.
Kukeleku zo kraait de haan,
Ik heb maar twee paar schoenen aan.
Eén van stof en één van leer,
Hier leg ik mijn zakdoekje neer.
Kijk voor je, kijk achter je,
Wie hem heeft die mag me pakken.
Schipper mag ik overvaren
Ik verwacht dat de meeste van jullie dit spelletje ook nog wel kennen. Het is dan ook geen moeilijk spelletje en is een leuke variant op ‘overlopertje’. Eén kind staat in het midden, terwijl de anderen aan de ene kant van de ruimte (of buiten, aan het afgebakende deel) staan. Vervolgens wordt het liedje gezongen. Uiteindelijk bepaalt degene in het midden hoe de kinderen naar de overkant moeten. Bijvoorbeeld huppelend of als een kikker. Degene in het midden probeert iemand te tikken en die is dan de volgende schipper.
Variant: Degene die getikt is mag mee gaan helpen bij de volgende ronde. Zo kun je net zo lang spelen tot iedereen getikt is.
Het liedje
Schipper mag ik overvaren, ja of nee?
Moet ik dan ook geld betalen, ja of nee?
De schipper (het kind in het midden) zegt dan ‘ja’.
De kinderen aan de zijkant vragen dan: ‘hoe dan?’
De schipper zegt hier hoe ze naar de overkant moeten.
Er zat een klein zigeunermeisje
Hoewel het liedje over een meisje gaat, kun je dit natuurlijk ook met jongetjes spelen door de tekst ietsje aan te passen. Het gaat in ieder geval als volgt: één meisje (of jongetje) zit in het midden van de kring en beeld uit wat er in het liedje gezongen wordt. De andere kinderen staan in een kring met de handen vast om het meisje en dansen zo om het meisje heen. Bij het zinnetje ‘Kies een kindje uit de kring dat met je dansen mag’ kiest het meisje iemand uit de kring om samen hand in hand mee te dansen.
Het liedje
Er zat een klein zigeunermeisje,
Huilend op een steen.
Huilen, huilend,
Helemaal alleen.
Sta op, meisje lief,
En droog je traantjes af.
Kies een kindje uit de kring,
Dat met je dansen mag.
La la la la… etc.
Lees ook: 5 hele foute teksten van kinderliedjes
Witte zwanen zwarte zwanen
Dit spel vinden mijn kleuters geweldig! Twee kinderen vormen een poortje, terwijl de andere kinderen er doorheen lopen en het liedje zingen. Bij de tekst ‘Wie achter is moet voor gaan’ sluit het poortje (en dus de armen van de kinderen) om het kind dat op dat moment onder het poortje loopt. Vooraf hebben de kinderen die het poortje vormen afgesproken wie de appel en wie de peer is. Wanneer een kind gevangen is, zegt het kind ‘appel’ of ‘peer’ en gaat dan achter degene staan die dat ook is. De andere kinderen mogen dit niet horen.
Variatie: Als je af bent, vorm je ook een poortje. Hierdoor kunnen er meerdere kinderen tegelijkertijd gevangen worden. Met deze variatie vervalt het ‘appel’ en ‘peer’ spelletje.
Het liedje
Witte zwanen, zwarte zwanen
Wie gaat er mee naar Engeland varen
Engeland is gesloten
De sleutel is gebroken
Is er dan geen smid in het land
Die de sleutel maken kan?
Laat doorgaan, laat doorgaan
Wie achter is moet voor gaan.
Twee emmertjes water halen
Een gezellig dansspelletje die maar door en door kan gaan. Maak twee rijen tegenover elkaar. Zo heb je dat iedereen iemand tegenover hem heeft staan. Met die persoon pak je kruislings de handen vast tot de tekst: ‘Rij maar door mijn straatje heen.’ Bij die tekst stapt iedereen naar achteren en mogen de twee aan de linkerkant elkaars handen vastpakken en door het straatje gaan die de overige kinderen vormen. Ze sluiten achteraan en dan mogen de volgende kinderen gaan tot dat het liedje is afgelopen. Je kunt het dan oneindig herhalen.
Variatie: I.p.v. dat je het straatje door de hele ruimte laat gaan, kun je ook op de tekst ‘Van je één, twee, drie’ drie passen naar links doen, zodat je iedere keer op dezelfde plek uit komt.
Het liedje
Twee emmertjes water halen
Twee emmertjes pompen
De meisjes op de klompen
De jongens op het houten been
Rij maar door mijn straatje heen
Van je ras ras ras
Rijdt de koning door de plas
Van je voort voort voort
Rijdt de koning door de poort
Van je erk erk erk
Rijdt de koning door de kerk
Van je één, twee, drie.
Papegaaitje leef je nog
Van dit liedje kende ik de tekst (redelijk, haha!), maar ik wist niet dat je hier ook nog een klapspelletje bij kunt doen. Dit spelletje doe je met zijn tweeën. Bij de tekst horen iedere keer 3 bewegingen die je blijft herhalen tot aan ‘poef’.
De eerste beweging: diagonaal tegen de handen van de ander klappen
De tweede beweging: recht tegen de handen van de ander klappen
De derde beweging: klap in je eigen hand.
Op ‘poef’ probeer je de ander te tikken in de buik.
Variatie: Regel 1 en 3 (en ook regel 5 en 6): de kinderen klappen afgewisseld eenmaal in hun eigen handen en eenmaal diagonaal tegen de handen van de ander op de maat van de muziek. Regel 2 en 4 (en ook regel 7): het kind tikt zijn eigen schouders en vervolgens de eigen heupen aan (dit herhalen) op de maat van de muziek. En ook hier weer op ‘poef’ de ander proberen te tikken.
Het liedje
Papegaaitje leef je nog
Ieja deeja
Ja meneertje ik ben er nog
Ieja deeja
Ik heb mijn eten opgegeten
en mijn drinken laten staan
Ieja deeja
poef
Nog andere tips
Deze spelletjes zijn natuurlijk hartstikke leuk om met je peuter (of kleuter) te spelen. Ze zijn super simpel en je hebt er vrijwel niets voor nodig. Ben je nog op zoek naar spelletjes voor in de spelletjeskast en waar je peuter ook mee kan spelen? Op de blog van Mirjam las ik de leukste spelletjes voor peuters zoals Halli Galli Junior, Dierenbingo en Snotty Snotter. Ze heeft nog veel meer leuke ideeën en omdat ik geen blog wil kopiëren, link ik gewoon door naar haar leuke blog!
Welke spelletjes ken(de) jij ook? En heb je nog andere voorbeelden?
Bron afbeelding header
De getekende afbeeldingen zijn allemaal door mijzelf getekend en mogen niet gebruikt of gekopieerd worden ©